riet van der linden•galerie•chantals
“In mij schuilt iets
van een Boeddha
en een rauwe furie
tegelijk”
Het universeel primitivisme van Riet van der Linden
Kunstcriticus Wouter Welling typeert het werk van Riet van der Linden als een vorm van universeel primitivisme. ‘Hoewel als kunsthistoricus bekend met het theoretische referentiekader is haar werk geen product van cerebrale overwegingen, maar van een innerlijke noodzaak - precies het kernbegrip van alle essentiële, tijdloze kunst.’ Haar objecten ontstaan tijdens lange wandelingen door Franse wijngaarden waarbij zij materialen verwerkt die haar voor de voeten komen als hout en textiel. Piketpalen, drijfhout en grillig gevormde wijnstokken worden omwikkeld met repen textiel (ficelles) die de wijnboeren gebruiken om de wijnranken op te binden. De textiel, vaak half vergaan en door weer en wind verkleurd, geeft aan haar fetisjachtige beelden een natuurlijk patin. De aanklevende kleiaarde werkt als een lijm en geeft de beelden hun versteende uiterlijk. “In mij schuilt iets van een Boeddha en een rauwe furie tegelijk”
Riet van der Linden is beeldend kunstenaar en free-lance kunstcriticus. Zij werd opgeleid tot kunsthistoricus aan de universiteiten van Leiden en Amsterdam. Begin jaren tachtig sloot zij zich aan bij de vrouwen kunstbeweging en werd medewerkster van de Stichting Vrouwen in de Beeldende Kunst (SVBK) te Amsterdam. Zij organiseerde tentoonstellingen, symposia en workshops en initieerde uitwisseling en samenwerking met diverse Europese vrouwen kunstorganisaties. In 1986 werd zij hoofdredacteur van Ruimte voor Vrouwen in de Beeldende Kunst en (mede)oprichter en voorzitter van de Judith Leyster Stichting. Gedurende 1995 verbleef zij in Chicago waar zij ondermeer gastdocent was aan de University of Chicago (Illinois). Sinds1999 woont en werkt zij in zowel Den Haag als in Zuidwest Frankrijk. Naast het schrijven over hedendaagse kunst begon zij met schrijven van korte verhalen en ontwikkelde zij zich tot beeldend kunstenaar.
www.rietvanderlinden.com
*Riet van der Linden*
objecten en tekeningen“In mij schuilt iets
van een Boeddha
en een rauwe furie
tegelijk”
Het universeel primitivisme van Riet van der Linden
Kunstcriticus Wouter Welling typeert het werk van Riet van der Linden als een vorm van universeel primitivisme. ‘Hoewel als kunsthistoricus bekend met het theoretische referentiekader is haar werk geen product van cerebrale overwegingen, maar van een innerlijke noodzaak - precies het kernbegrip van alle essentiële, tijdloze kunst.’ Haar objecten ontstaan tijdens lange wandelingen door Franse wijngaarden waarbij zij materialen verwerkt die haar voor de voeten komen als hout en textiel. Piketpalen, drijfhout en grillig gevormde wijnstokken worden omwikkeld met repen textiel (ficelles) die de wijnboeren gebruiken om de wijnranken op te binden. De textiel, vaak half vergaan en door weer en wind verkleurd, geeft aan haar fetisjachtige beelden een natuurlijk patin. De aanklevende kleiaarde werkt als een lijm en geeft de beelden hun versteende uiterlijk. “In mij schuilt iets van een Boeddha en een rauwe furie tegelijk”
Riet van der Linden is beeldend kunstenaar en free-lance kunstcriticus. Zij werd opgeleid tot kunsthistoricus aan de universiteiten van Leiden en Amsterdam. Begin jaren tachtig sloot zij zich aan bij de vrouwen kunstbeweging en werd medewerkster van de Stichting Vrouwen in de Beeldende Kunst (SVBK) te Amsterdam. Zij organiseerde tentoonstellingen, symposia en workshops en initieerde uitwisseling en samenwerking met diverse Europese vrouwen kunstorganisaties. In 1986 werd zij hoofdredacteur van Ruimte voor Vrouwen in de Beeldende Kunst en (mede)oprichter en voorzitter van de Judith Leyster Stichting. Gedurende 1995 verbleef zij in Chicago waar zij ondermeer gastdocent was aan de University of Chicago (Illinois). Sinds1999 woont en werkt zij in zowel Den Haag als in Zuidwest Frankrijk. Naast het schrijven over hedendaagse kunst begon zij met schrijven van korte verhalen en ontwikkelde zij zich tot beeldend kunstenaar.
www.rietvanderlinden.com